In het Elkerliek speelt de trombosedienst een centrale rol in het casemanagement antistolling, en meer specifiek in ondersteuning en advisering van (hoofd)behandelaren en monitoring van patiënten. In de basis wordt het trombosedienst informatiesysteem Trodis gebruikt, vanuit een koppeling met HiX (Chipsoft). Binnen Trodis is (i.s.m. ASolutions Healthcare) een zogenoemd ‘DOAC-dossier’ aangemaakt. Voorheen werden in Trodis enkel de coumarines (VKA’s) geregistreerd met onder andere het aantal tabletten en controles. Binnen het Elkerliek is het casemanagement door inbouw van een aangepaste module voor DOAC-patiënten nu op een zelfde manier geborgd, waardoor er controles en begeleiding van antistollingspatiënten plaats kunnen vinden.
Positieve effecten op de kwaliteit en veiligheid van zorg bemerkt het Elkerliek met name bij aanmeldingen van risicopatiënten die starten met DOAC of hiernaar switchen, met ontslag gaan met een DOAC of een operatie ondergaan. Door de structurele samenwerking tussen trombosedienst, PA & internist worden mogelijke fouten voorkomen, antistolling processen verduidelijkt en is kennis en advisering rondom antistollingszorg 24/7 aanwezig.
Voorbeeld: Patiënten met een diep-veneuze trombose (DVT) waarbij een DOAC voorgeschreven is, komen terug voor controle bij hun internist na 1 en 3 maanden. Echter krijgt de trombosedienst 3 maanden na start van de DOAC ook een melding van het systeem om te checken of de medicatie gewijzigd of gestopt is, en of er überhaupt al een controle gepland is. Als dit niet het geval is, sturen zij een bericht naar de hoofdbehandelaar met het advies contact op te nemen en de controle uit te voeren.
Voorbeeld: Na een jaar DOAC gebruik volgt een melding van het systeem om de afweging bloedingsrisico/stollingsrisico, dosering en adequate nierfunctie van een patiënt volgens de richtlijnen te monitoren. Een trombosedienst adviseur belt met de patiënt om navraag te doen. Indien controles nog niet uitgevoerd zijn, checkt de trombosedienst de gegevens die over dosering, nierfunctie maar ook bloedwaarden, bekend zijn en brengt advies uit aan de hoofdbehandelaar t.a.v. de monitoring. De koppeling tussen HiX en Trodis maakt het voor hen mogelijk deze gegevens in te zien.
Bredere context casemanagement: de antistollingscommissie
Om het casemanagement binnen het Elkerliek, naast de DOAC-module, te borgen, is ook een antistollingscommissie actief. De commissie heeft 1x per week overleg. Hieraan neemt de PA, de klinisch chemicus, de ziekenhuisapotheker, een internist/vasculair geneeskundige deel en worden naar behoefte andere specialisten uitgenodigd om deel te nemen. Tijdens deze overleggen worden onder andere de protocollen, VIM-meldingen en casuïstiek besproken. Eén keer per maand sluit standaard de gynaecoloog bij het overleg aan en bespreken ze 4-5 casussen. Daarnaast komen ze 2x per jaar samen met een bredere delegatie met vertegenwoordiging vanuit alle specialismen, waarbij ziekenhuisbrede ontwikkelingen op het gebied van antistolling worden besproken.
Toekomst
Binnen het Elkerliek bestaat de toekomstdroom om in de komende jaren meer 1,5 lijnszorg aan te bieden aan patiënten en de samenwerking met o.a. huisartsen te intensiveren. Dit zou betekenen dat laag-complexe patiënten (bijvoorbeeld met een jaarlijkse controle na DVT) niet naar het ziekenhuis hoeven te komen, maar dat dit bij de huisarts of praktijkondersteuner kan in samenwerking met het Elkerliek. Dit vergt een goede samenwerking met huisartsen uit de regio, die dan ook goed op de hoogte moeten zijn van de DOAC’s en van wat monitoring vraagt. Het Elkerliek is bereid hierin te investeren.